Volg ons op YouTube

Het onze Vader deel 1 (Inleiding)

‘O God! hoor mijn gebed’ zo klonk vele jaren geleden de roep van David tot Zijn HEERE en Zijn God. David stortte zijn hart uit voor de Heere in momenten van verdriet, bestrijding en eenzaamheid. Ook verheerlijkte hij Zijn Naam in dankbare lofprijzing en aanbidding. In heel de Bijbel lezen wij hoe mensen in afhankelijkheid tot de HEERE hebben geroepen om Zijn genade, gunst, kracht en bescherming.

Het is goed dat wij nietige, zwakke mensen beseffen dat er een God is Die regeert. Een God die aarde en hemel heeft geschapen en voor wie straks alle mensen verantwoording zullen moeten afleggen voor dat wat wij hebben gedaan met het van Hem ontvangen leven. God regeert en alles is in Zijn hand. Het doel van ons leven is deze aarde te bebouwen en te beplanten, te zorgen voor ons nageslacht en in al die dingen Hem te verheerlijken. Alle mensen op deze aarde moeten weten dat God regeert en dat Hij zondige mensen oproept tot bekering en geloof. De mens die leeft zonder een levende relatie met God de HEERE, gaat verloren en juist dat moet ons aansporen om de enige Weg ten leven te verkondigen op heel de wereld. Alle mensen moeten weten dat er een Verlosser is, Zijn Naam is Jezus. Hij gaf Zijn leven opdat zondige mensen weer opnieuw in gemeenschap met God de Vader zouden kunnen komen. Door Zijn dood en opstanding is er leven voor een ieder die zich bekeert en gelooft. ‘Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe. Want God heeft Zijn Zoon niet gezonden in de wereld, opdat Hij de wereld veroordelen zou, maar opdat de wereld door Hem zou behouden worden, Joh. 3:16,17.’

Heeft u uw behoudt gevonden in deze van God gezonden Zaligmaker? Hebt u uw knieën gebogen, uw zonden beleden en in het geloof Zijn vergeving omhelsd? Wat een zalige troost om zo te leven en te sterven in de wetenschap dat niet zilver of goud maar het kostbare bloed van het lam Gods uw zonden heeft betaald. Niet uw gerechtigheid, maar Zijn gerechtigheid is het rustpunt voor uw ziel. Dat geeft een vrijmoedige toegang tot uw Vader in de hemel die u aanziet in het offer van Zijn Zoon, Die met Zijn eigen bloed is ingegaan in de hemel en daar zit om voor u te bidden. Zo mogen allen die in Hem geloven, wandelen in een levende relatie met God de Vader. Die relatie bestaat uit een onvoorwaardelijke gehoorzaamheid in een overgave van onze eigen wil om Zijn wil te doen. Die relatie kenmerkt zich door een voortdurend gebedsleven dat als het ware het ademen van de ziel is. In de gebeden roemen wij God, verheerlijken wij Zijn Naam en erkennen onze afhankelijkheid. In het gebed maken wij kenbaar dat wij zonder Zijn genade, zorg en liefde niet kunnen leven. Bidden is spreken met onze hemelse Vader, naast het verheerlijken van Zijn Naam en de dankzegging, maken wij Hem bekend wat onze noden zijn. De dingen van alle dag, de kleding en het voedsel maar ook de nood in de wereld, in ons land en bij familie en vrienden. Gebed om de zaligheid van hen die ons liefzijn en de bekering van Zijn volk Israël. Kortom, als kinderen van de Allerhoogste God zijn wij voorbidders die beseffen dat de wereld zonder Gods zegen verloren is.

‘Bidt, en u zal gegeven worden; zoekt, en gij zult vinden; klopt, en u zal opengedaan worden. Want een iegelijk, die bidt, die ontvangt; en die zoekt, die vindt; en die klopt, dien zal opengedaan worden, Matth. 7:7,8.’

Het is de Heere Jezus Zelf, Die ons hier oproept om te bidden, te zoeken en te kloppen opdat wij zullen ontvangen, vinden en opengedaan worden. Zonder geloof is het onmogelijk om te wandelen in relatie met God, zonder geloof is de mens verloren en kan er geen vrijmoedige toegang zijn tot God de Vader. ‘Maar zonder geloof is het onmogelijk Gode te behagen. Want die tot God komt, moet geloven, dat Hij is, en een Beloner is dergenen, die Hem zoeken, Hebr. 11:6.’ Daarom is het in de eerste plaats noodzakelijk dat wij geloven dat Gods Woord de volle waarheid is. Zolang wij niet zijn gekomen tot een overgave aan de HEERE God, leven wij nog in eigen kracht en kan ons gebed God niet behagen. Het is dan ook helemaal geen discussie of wij God wel of niet onze Vader mogen noemen en of wij het ‘Onze vader’ wel of niet mogen bidden. Wat heeft bidden voor zin als wij God toch niet geloven en houden voor leugenaar?

Als u nog niet kunt zeggen dat Jezus uw Heere, Zaligmaker en Heiland is, neem dan de toevlucht tot Hem. Denk aan de Tollenaar die tot God riep: ‘O God! wees mij zondaar genadig! Luk. 18:13.’ Dit uit zijn hart opwellende gebed werd door God gehoord en hij mocht zijn weg wandelen in geloof en vertrouwen dat God al Zijn zonden vergeven had. Kom, verloren zoon en verloren dochter, sta op, verlaat de bagger van de wereld en keer terug naar uw Vader. Hij zal u niet verstoten maar u in Zijn armen sluiten. ‘En opstaande ging hij naar zijn vader. En als hij nog ver van hem was, zag hem zijn vader, en werd met innerlijke ontferming bewogen; en toe lopende, viel hem om zijn hals, en kuste hem, Luk. 15:20.’ Het is God die het u belooft. Zoek het leven dan niet langer daar waar u het nooit zult vinden. Ga niet door op uw weg naar de hel maar keer u om en neem de toevlucht bij God en God alleen. ‘Die in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar die niet gelooft, is alrede veroordeeld, dewijl hij niet heeft geloofd in den Naam des eniggeboren Zoons van God, Joh. 3:18.’ God is Waarheid en in Hem is vergeving en een eeuwig leven. Zie op Zijn trouw en Zijn beloften. De Heere Jezus Zelf heeft gezegd: ‘Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven, Matth. 11:28.’ Leef in geloof, geniet die rust en vertrouw Zijn onderwijs. ‘Of wat mens is er onder u, zo zijn zoon hem zou bidden om brood, die hem een steen zal geven? En zo hij hem om een vis zou bidden, die hem een slang zal geven? Indien dan gij, die boos zijt, weet uw kinderen goede gaven te geven, hoeveel te meer zal uw Vader, Die in de hemelen is, goede gaven geven dengenen, die ze van Hem bidden! Matth. 7:9-11.’ Door het geloof mag u God uw Vader noemen, Hij zal u geven dat wat u nodig hebt. ‘Bidt zonder ophouden. Dankt God in alles; want dit is de wil van God in Christus Jezus over u, 1 Thess. 5:17.’

Als wij zien op zoveel liefde en beseffen dat de Heere Jezus hier op aarde veel in gebed sprak tot Zijn Vader, dan mogen wij het wel uitroepen: ‘Heere leer ons bidden.’ Op deze woorden heeft de Heere Jezus Zijn discipelen en ons geleerd hoe wij in onze gebeden de Heere de lof, de eer en aanbidding kunnen brengen en Hem smeken om Zijn leiding en de vervulling van onze noden.

In de volgende paar overdenkingen willen wij samen nadenken over het gebed dat de Heere Jezus ons Zelf geleerd heeft. ‘Het onze Vader’, is niet een wettisch voorschrift maar een voorbeeld waarnaar wij onze gebeden mogen richten.

‘Onze Vader, Die in de hemelen zijt! Uw Naam worde geheiligd. Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in den hemel alzo ook op de aarde. Geef ons heden ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze. Want Uw is het Koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid, in der eeuwigheid, amen, Matth. 6:6-13.’

O “Heiland-God”, uw liefde is groot!

U had geen lust in onze dood,

maar in ons heil en leven.

U hebt reeds in de eeuwigheid

besloten om uw heerlijkheid

en ‘t zoonschap ons te geven.

In Christus zijn we U aangenaam.

Wij mogen als uw kind’ren saam

U Abba Vader noemen.

O Vader, zo dichtbij gebracht

bewond’ren wij uw liefde-macht.

U willen we eeuwig roemen.

Wij zullen spoedig voor uw troon

U, onze Vader, en de Zoon

het eeuw’ge loflied zingen.

Dan wordt volmaakt uw naam geloofd

door de gemeente die haar Hoofd

vol blijdschap zal omringen.

Ook alle tong geeft U de eer

en noemt dan Jezus Christus Heer

tot eer van God de Vader.

Maar ook reeds hier in deze tijd

wordt roem, aanbidding, dank gewijd

aan ‘t Lam en U, o Vader!


Wilco Vos, Veenendaal 08-07-2015